De Somalische Awa is moeder van Ghedi. Mieke werkt bij het consultatiebureau en komt al langere tijd bij Awa thuis. Ze bespreekt vragen over de opvoeding maar leest ook een verhaaltje voor aan Ghedi. Awa is alleenstaand, ontvluchtte de oorlog en spreekt geen Nederlands. Ghedi heeft een ontwikkelings-achterstand en autisme. Als hij voor zijn indicatiestellingen onderzocht wordt in de polikliniek, gaat Mieke mee en stelt zich voor als vriendin van Awa. Als Ghedi jarig is, komt Mieke langs (uit: Baart & Carbo, De zorgval, 2013).
In de regel krijgen hulpverleners-in-spe de nodige lessen over hoe ze zich professioneel moeten opstellen tegenover cliënten. Niet zonder reden is het verlenen van zorg gebonden aan voorschriften over gepaste bejegening, communicatie en grensbewaking. Bij uitstek in de ‘mensberoepen’ hebben we de omgang met elkaar vastgelegd.
Maar bij cliënten zoals Awa werkt dat niet altijd. Als ze al op kantoor komen (op de afgesproken tijd), dan is een uur meestal te kort om to the point te komen. Ze snappen de taal en de cultuur niet, ze vertrouwen de boel niet of verdwalen letterlijk of figuurlijk. Deze mensen worden vaak zorgmijders: ze komen niet (meer) opdagen.
In de presentiebenadering werken we veel met deze groep kwetsbare cliënten: mensen die op straat zwerven, al jaren in de psychiatrie verblijven of ernstig dement zijn. Dan blijkt dat alleen een zorgvuldig opgebouwde relatie een ingang is voor hulpverlening. En die relatie ontstaat juist op het grensvlak van wat professioneel en persoonlijk is. De presentiewerker laat zich raken door de ellende van de ander, neemt eens een bloemetje mee of eet samen een patatje. En krijgt soms iets terug van de cliënt: er is een vorm van wederkerigheid. In de presentiebenadering gebruiken ze daarom de metafoor van de professional ‘als een vriend’.
Maar kan dat wel? Is het geen tegenstelling en juist onwenselijk? Niet als je zo’n professionele vriendschap kritisch en reflexief beheert, en erover spreekt met collega’s en in teamberaad. Is het andersom juist niet wonderlijk om te verwachten dat cliënten hun privésores met een ‘vreemde’ delen in dat ene uurtje op kantoor?
Zorg kan anders. Bijvoorbeeld door professionaliteit met kenmerken van vriendschap te verbinden. Zo gaat dat in de presentie.