Druppels afschudden
Nu we zo’n beetje uit de eerste crisisfase lijken te raken, grijpen velen deze tijd aan om terug te kijken op de afgelopen periode, om van daaruit vooruit te kunnen denken over hoe nu verder. Ook wij doen dat, met het zorgethisch kwaliteitsmodel (ZEM) [1] op de achtergrond. Op de uitkomsten daarvan vooruitlopend doe ik hier een eerste vingeroefening, waarbij ik met grote stappen door mijn persoonlijke notities over de afgelopen periode ga. Eerst terugblikken, verwerken misschien ook wel?, voordat ik vooruit kan denken…
Wat opvalt is dat de meeste van mijn notities gaan over de systemische context (in het ZEM ‘de koperen plaat’). Oppermachtig en sturend aanwezig: maatregelen van de overheid dringen door tot alle hoeken en gaten van onze samenleving en dus ook tot de zorgwereld. Regels worden directief opgelegd. De aanpak is ferm, probleemoplossend. Nederland conformeert zich. Wetenschappelijke kennis over ziekte en epidemiologie (belichaamd door het RIVM) domineert; gaat, in deze eerste fase, zelfs boven de toch altijd dominante logica van de economie. Al gauw blijkt dat dat wringt: hier wordt een ongekende spaak in het wiel van onze bedrijvigheid gestoken. Er wordt een groot appèl op solidariteit gedaan: de sterken moeten zich matigen ten gunste van de zwakkeren. Is dat een écht appèl op solidariteit, vanuit onderlinge zorgzaamheid, of vooral een oproep om vol te houden tot oude tijden kunnen herleven? De vraag naar wat het ene mensenleven waard is ten opzichte van de voorspoed (en het vertier, maar ook: de gezondheid) van de ander sijpelt door in het debat. Daar weten we vooralsnog geen raad mee.